Als moeder vond ik het niet makkelijk mijn kind te verplaatsen van een school waar ze het heel goed naar haar zin had naar iets dat helemaal nieuw was. Nu ze 2 volle maanden naar school is geweest, kan ik voorzichtig concluderen dat het ook hier vast wel goed gaat komen. Maar in plaats van dat ik daarover mijn eigen observaties opteken, leek het me representatiever om haar er zelf over te laten vertellen.
Vertel eens iets over jezelf. Hoeveel jaar ben je, in welke klas zat je in Nederland en in welke klas zit je nu?
Ik ben zeven jaar. In Nederland zat ik in groep 3/4, en nu zit ik in 1B. We hebben laatst de prijs voor ‘Danmarks bedste 1B’ gewonnen! Mijn meester in Nederland heette Vincent, die was er van maandag tot woensdag. Op andere dagen hadden we juf Femke. Mijn juf in Denemarken heet Maria, en zij is er elke dag, en volgend jaar ook als we 2B zijn, maar soms even een uurtje ofzo niet, omdat ze dan andere dingen doet. Dan hebben wij een andere juf, Cæcilie, of meester Nikolaj voor andere vakken, zoals Engels, rekenen of ‘billedkunst’. Papa noemt dat billenkunst, alsof je dan met je billen in de verf gaat zitten en dan kunst maakt, haha, hij maakt soms grapjes want hij kan ook wel goed Nederlands.
Hoe was het de eerste maanden op je nieuwe school?
De leraar hielp mij meer dan andere kinderen met dingetjes. Bijvoorbeeld als ik niemand had om mee te spelen, dan zorgde Maria ervoor dat er iemand was, of als we gingen rekenen dan helpt ze me. Ik wilde de eerste maanden altijd een knuffeltje mee naar school en dat mocht ook van Maria omdat ik nieuw was, maar nu vergeet ik die vaak. Dan is er ook een leenknuffel als je die nodig hebt.
Het is hier nu al zomervakantie, ben je blij dat je nu al vrij hebt?
Jaaaaaaaaaaaaa!!! Het allerleukste aan vakantie hebben is dat we nu weer naar Nederland gaan, op vakantie, zodat ik daar met mijn vriendinnen kan spelen, en we hebben dan in Nederland een soort vakantiehuis bij opa en oma. En wat ik ook leuk vind is dat ik nu meer tijd heb voor speelafspraakjes met mijn vrienden hier.
Wat is het grootste verschil tussen naar school gaan in Nederland en in Denemarken?
In Nederland leer je meer en speel je niet zoveel. In Denemarken speel je wel vaak, maar je leert ook wel wat. We doen bijvoorbeeld spelletjes zoals Vildkatten, waar je plaatjes moet zoeken, of we doen Wie ben ik. In plaats van spelling en taal doen we in Denemarken vaak spelen of buitenspelen. In Nederland kregen we spelling en taal, en dan kregen we eerst uitleg welke opdrachten we moesten doen, en dat deden we dan. Hier doen we dat niet zoveel, alleen met Dansk. Maar dan leggen ze het niet uit – we weten dan al wat we moeten doen.
We doen ook ‘morgensang’ op maandagochtend. Dan gaat iedereen naar buiten naar het plein en dan speelt een meester gitaar en zingt.
En wat moet je allemaal meenemen naar school?
Ik heb een heel groot etui met allemaal stiften erin, die neem ik elke dag mee naar huis. En een grote rugtas met een koelvak voor mijn lunchtrommel aan de voorkant. De lunchtrommel heeft allemaal vakjes, dat is handig, en hij moet in de zomer in de koelkast maar daar heb ik nooit zin in want dan moet je een eindje lopen. Ik heb zo’n koeldingetje in mijn tas zodat het koud blijft. Er zit ook een tasje in waar ik mijn gymkleren altijd in heb. Als we ‘op tur’ gaan dan heb ik een kleinere rugtas bij me, een ‘turtaske’. En ik heb een chromebook gekregen, die mag ik in het weekend mee naar huis nemen en daar kan ik dan spelletjes op spelen, zoals ‘Pengeby’ en ‘Kæmpmap’, dat zijn leuke rekenspelletjes. Ik heb alleen nog geen logincode, dus ik gebruik nu de code van Ella.
Is het lokaal anders?
Ja het is helemaal anders. In Nederland hadden we de deur aan de andere kant. Er is ook een grijs bord waar je met krijtjes op kan schrijven, in Nederland was het zo’n wit bord waar je met stiften op kan schrijven en kleuren. De speelplaats is ook heel anders, hier op school hebben we een hele goede plek voor het ‘de vloer is lavaspelletje’, en kleine steentjes. Welke speeltuin ik het leukst vind? De lavaspeeltuin denk ik, hoor.
Zijn er ook dingen hetzelfde?
Ze hebben wel allebei een digibord. En een groot raam waardoor je naar buiten kan kijken. Er is ook een klein chillhoekje bij allebei maar verder is er eigenlijk niks hetzelfde.
Vind je het makkelijk of moeilijk op je Deense school?
Soms moeilijk soms makkelijk. Ik vind Dansk (taal) soms moeilijk, soms makkelijk. Rekenen vind ik altijd heel makkelijk, want dat heb ik allemaal al gehad in Nederland. Hier is het met plus en min, en de kinderen hier hebben nog niks met vermenigvuldigen geleerd. Ze wisten ook nog niks over de tijd met uren en halve uren, en dat wist ik allemaal allang uit Nederland.
Hoe gaat het met verjaardagen?
In Nederland sta je als je jarig bent op de grote tafel met een toverstaf in de hand, en dan gaat iedereen zingen en dan mag de jarige iedereen in slaap toveren. Dan mag het verjaardagskind alle traktaties op tafel leggen. Soms mag er iemand helpen. In Denemarken leggen ze gewoon hun traktatie op de tafel. Dat vind ik wel heel erg saai eigenlijk. In Nederland krijg je als traktatie vaak een stokje met allemaal dingen erop, of cupcakes ofzo. In Denemarken krijg je wel vaak een snoepzakje, maar niet zo vaak stokjes.
En hoe gaat het met kinderfeestjes?
Ik ben laatst voor het eerst naar een feestje geweest, van Youri en Robin, die zijn 9 geworden. Vaak doen ze het hier met 2 of 3 kinderen tegelijk, maar soms ook gewoon alleen. Het feestje waar ik was, was op zondagmiddag, en toen gingen we naar GoMonkey, een klimpark. Bijna alle kinderen uit de klas waren er. In mijn klas zijn er in totaal 23 kinderen dus dat is wel veel. Je kreeg ook een snoepzakje mee, dat was in Nederland ook wel vaak zo.
Heb je al vriendinnen gemaakt?
Ja! Heel veel! Ze zijn heel leuk. Jonas doet heel grappig. Met Cecilie speel ik vaak paard met een springtouw. Allie is heel erg dol op kleine beestjes en dan kan ik ook nieuwe beestjes ontmoeten. Met Vitus kan ik voetballen. Ella M is dol op dansen, en Ella F ook, en Stella ook. En Julie ook.
Wat doe je als je binnenkomt in de klas in Denemarken?
In Nederland stond meester Vincent altijd bij de deur en als iemand dan bijvoorbeeld een tand eruit heeft of iets anders, dan laat je die aan hem zien en dan heb je een klein gesprekje. In Denemarken staat de meester of juf ook altijd bij de deur maar we hebben niet zo vaak een klein gesprekje als er een tand uit is. De juf praat vaak met de grote mensen.
Hoe begint de dag?
We beginnen om 8 uur. Dan zegt de juf ‘welke dag is het vandaag’? en dan kun je je vinger opsteken en dan kun je zeggen welke dag en datum en maand het is. En daarna hebben we læsestund, dat betekent dat er allemaal boeken zijn en dan ga je er 1 uitkiezen en dan ga je dat boek lezen. Die boeken liggen dan in een doos. Groen is dat het makkelijk is, geel een beetje ertussenin, en rood is heel moeilijk. Soms zijn het leuke, soms zijn het enge boeken, eigenlijk heel veel verschillende. Het is een half uur. Ik vind het niet zo leuk, want als ik een boek uitheb dan moet je een volgend boek pakken van de juf, maar daar heb ik dan geen zin meer in.
Vind je het leuk, lezen?
Ik pak het vaakste gele boekjes. Ik vond groen saai want dat heb ik na 1 minuut uit. Ik kan wel goed Deens lezen en aan elkaar schrijven kan ik ook al, dat hebben mijn klasgenoten nog niet geleerd.
En heb je nog meer taalvakken?
Ik heb dus lezen, dat heet Deens. Maar we hebben ook nog een ‘dansk bog’. Daar staan allemaal opdrachtjes in, woorden invullen en letters schrijven en tekenen enzo. Dan hebben we om de beurt een letter en dan moet je het inkleuren in een tekening.
En gymnastiek of sport, hoe gaat dat?
Hier gaan we naar de turnhal van de turnvereniging, en dan doen we stikbold, dat je met een zachte bal elkaar ‘af’ moet gooien, en trampolinespringen, of op de balk, en we kunnen ook in bakken met schuimblokken springen, dat is heel leuk, dan val je erin en dan is het heel lekker zacht! Soms, of eigenlijk heel vaak wel, ga je dan na de gymles ook douchen. Jongens bij de jongens en meisjes bij de meisjes. Juf Maria zegt dan dat je snel moet douchen: 3 tellen en dan weer eruit, de meisjes met lang haar houden hun haar dan omhoog. Ik moet dus altijd een handdoek meenemen naar school.
Wat doe je na schooltijd?
School is om 13.30 afgelopen en dan gaat iedereen naar de SFO (‘skolefritidsordning’). Dat is net zoiets als BSO (buitenschoolse opvang). Maar bij de BSO in Nederland waren niet al mijn vriendinnen, dat vond ik helemaal niet leuk, en dat is hier wel zo. Alle kinderen gaan altijd naar de SFO. Alleen als ze vroeg van school opgehaald worden omdat ze naar de tandarts moeten ofzo, dan gaan ze niet. We doen er dezelfde dingen als bij de de BSO, zoals op BSO-reisje, dat je in de buurt op pad gaat of een bingospel doet. Of lego, of tekenen, of bordspelletjes, of buitenspelen of dansen ofzo. Soms zijn er ook feestjes: een guinness recordpoging, of iets anders.
Wat doe je tijdens de lunchpauze?
In Nederland ging ik naar de overblijf, en dan aten we buiten als het warm was. Dan hadden we een lange lunchpauze. Hier in Denemarken eten we onze lunch in de klas aan onze eigen tafel. En we hebben maar een korte pauze. We kijken ook vaak filmpjes tijdens de lunch. Garfield of Inside Out, van die film.
Wat doe je in het speelkwartier?
We hebben soms 3 en soms 4 keer per dag pauze. Soms gaan we dansen, soms spelen we paard, dan heeft Cecilie een springtouw om haar buik en dan trek ik haar. We spelen eigenlijk altijd buiten.
Wat vind je het leukst aan je nieuwe school?
Dat we eerder vrij hebben. En dat je meer speelt. We doen best veel spelletjes en gaan vaak buitenspelen enzo.
Wat vind je het stomst aan je nieuwe school?
Dat we allemaal naar de BSO moeten. Ik word liever gelijk van school opgehaald en dat je dan speelafspraken kan maken.
Wil je nog iets zeggen over dit interview?
Ik vond het in Nederland fijner omdat ik daar eigenlijk niet naar de BSO hoefde, omdat papa en mama thuiswerkten. Dus daar kon ik altijd direct speelafspraken maken na school, en dat moet je hier vantevoren afspreken.