Iedere Deen heeft zo zijn favoriete eiland. Maar van de 400 is er één waar alle Denen collectief van watertanden. Omdat het ver weg is, ietwat exotisch, ze er grappig praten en de zon er altijd schijnt. En vooral omdat het een voedselparadijs is. Waar de tijd stilstaat, als het over eten gaat.
Het eiland is 30 bij 40 kilometer groot, en er wonen 41.000 permanente bewoners. De roots van drop-innovator Johan Bulow liggen er. Toprestaurant Kadeau heeft er een vestiging. Voor producten hiervandaan betaal je op de Kopenhaagse versmarkt de hoofdprijs. En: het bekende smørrebrødrecept ‘Sol over Gudhjem’ (een stukje roggebrood met gerookte haring en eidooier), dat zich laat vertalen als ‘de zon over het huis Gods’, komt ervandaan.
Dit gaat natuurlijk over Bornholm.
Voor wij er zelf een kijkje gingen nemen wijdde ook The Guardian een lovend artikel aan de eetcultuur op het eiland. Het water liep ons dus in de mond, terwijl we afgelopen vrijdag aan de reis begonnen. Het eiland ligt dichterbij Polen en Duitsland dan bij de rest van Denemarken, dus we moesten er zuid-Zweden en een flink stuk zee voor trotseren.
En toen waren we er. Het beloofde land. De natte vakantiedroom van iedere Deen.
We werden beloond met glooiend landschap. Onaangeroerde middeleeuwse dorpjes. Een kippenschijt-lotto. Kunst. Vlooienmarkten. Huizen die niet op slot hoeven (fietsen evenmin). Allemaal zeer smakelijk.
Maar wat vooral de moeite waard was, natuurlijk, waren de ijsjes, de biertjes, het fruit, de vis, de kruiden, de worst, de kaas. En de tijd die men ervoor nam.
De gebraden hanen vliegen je in de mond.
En verder…
Mmmmmm hier in Montenegro kun je ook veel moois en lekkers halen, maar volgend jaar wil ik naar hier! Kunnen jullie daar niet brulloppen?!?! 😉
Ja, ik ben voor! Ik vroeg het net echter aan de medebeslisser en die zei: “is dat financieel niet wat onvriendelijk jegens de meeste, eehhh, alle gasten?” Goed punt wel, op zich.