Het voelt nog steeds een beetje als vakantie, elke dag. Zelfs na 8 jaar en een week. Maar corona-isolatie, een huilbaby en een kleuter die straks naar school gaat, hebben ons een knoop doen doorhakken.
De kleuter wordt straks vijf, haar broertje anderhalf. Allebei zijn ze meertalig volgens het boekje: eerst alles door elkaar, dan sommige dingen door elkaar, en daarna af en toe dingen door elkaar.
Een gevoel van lichte afwijzing bekroop me weleens: waarom worden wij niet terug-uitgenodigd? Nu begrijp ik dat het in dit land gewoon niet zo werkt.
Het is juni. Na lockdown nummer 2 of 3 of 4 (wie houdt het nog bij?) begint de stad weer…
Ik voel me een beetje als die klungelige tante die al 45 jaar in Australië woont. Ik zeg ‘ik bestem dat’, ‘ik ga een toer’ en ‘er zit vaart in’. Over een meertalig gezin en de taalverwarring die dat met zich meebrengt in mijn hoofd.
Van een half jaar zonder voornaam tot kerkelijke inmenging in het namenregister: vijf dingen die je nog niet wist over het Deense namensysteem.